Vlaams Parlementslid
Kruimelpad
Na ingebrekestelling Chemelot: Nederland vraagt formeel advies aan Vlaanderen
Vlaanderen is in oktober formeel om advies gevraagd over de wijziging van de watervergunning voor het lozen van afvalwater van de afvalwaterzuiveringsinstallatie van de Chemelot Site in Nederland. Dat is een direct gevolg van de ingebrekestelling van de Nederlanders door voormalig Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir eerder dit jaar. Bij het verlenen van de watervergunning in 2020 werden volgens Demir de internationale regels rond milieueffectrapportage geschonden. Er volgde overleg, maar nu dus ook een formele adviesvraag. In haar antwoord vraagt Vlaanderen op 15 november 2024 de effecten van enkele specifieke chemische stoffen na te gaan, eist men meer duidelijkheid over welke emissiegrenswaarden finaal worden opgelegd en wil men zekerheid dat de best beschikbare zuiveringstechnieken worden opgelegd. Dat blijkt uit een schriftelijk antwoord van de opvolger van Demir, minister Jo Brouns, aan Vlaams parlementslid Andy Pieters.
De toenmalige Vlaamse minister van Omgeving Zuhal Demir heeft in februari namens het Vlaamse Gewest een formele ingebrekestelling verzonden aan het Nederlandse Rijk, waterschap Limburg, Chemelot Site Permit en Sitech Services voor het negeren van de internationale regels rond milieueffectrapportage en het onwettig toelaten van lozingen door chemiecluster Chemelot in de Maas. Waterschap Limburg verleende op 15 december 2020 een vergunning voor het lozen van afvalwater van de afvalwaterzuiveringsinstallatie van Sitech Services. Die waterzuivering verwerkt het afvalwater afkomstig van verschillende fabrieken op de Chemelot Site. De vergunning is geldig tot 2027. Bij het verlenen van die vergunning werden de internationale regels rond milieueffectrapportage geschonden. Daardoor is de impact op het Vlaamse leefmilieu niet goed in kaart gebracht en zijn de Vlaamse milieuadministraties nooit geraadpleegd. De lozingen van chemische stoffen in de Maas zijn ook al enige tijd in Nederland in het nieuws vanwege mogelijke schadelijke gevolgen, ook voor de drinkwaterproductie.
Op 2 mei 2024 vond overleg plaats tussen het kabinet van de toenmalige Vlaamse minister van Omgeving, de Vlaamse administratie, Waterschap Limburg, Circle Wastewater Services B.V., en het Nederlandse ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Daarbij werden afspraken gemaakt om Vlaanderen te informeren en te consulteren bij toekomstige watervergunningen. Deze afspraken worden nu nageleefd. Op 8 oktober 2024 ontving de Vlaamse administratie een schrijven van het Waterschap Limburg met een ontwerp voor de wijzigingsaanvraag van de vergunning van 2020. Op 15 november 2024 werd een voorwaardelijk gunstig advies aan Waterschap Limburg bezorgd. De minister heeft zijn administratie gevraagd om de verdere opvolging van dit dossier nauwgezet te bewaken.
Eerste goede zap
“Een positieve evolutie”, reageert Vlaams parlementslid Andy Pieters, zelf van Maasmechelen. “De Nederlandse partijen moesten aantonen dat de watervergunning goed werd beoordeeld en de lozingen conform een niveau zijn dat aanvaardbaar is voor mens, waterkwaliteit en de ruimere omgeving. Dat ze hun fouten uit het verleden rechtzetten door ditmaal wél formeel advies te vragen is een eerste goede stap. Het valt alleen nog te hopen dat ze ook de verschillende lokale besturen aan de Maas om advies vroegen. Ook zij moeten betrokken worden”.
In het voorwaardelijk gunstig advies zegt Vlaanderen dat er nog veel onduidelijkheden zijn, die nader uitgewerkt moeten worden. Zo moet nog nagegaan worden wat de effecten op het oppervlaktewater zijn van de stoffen siliciumdioxide, mica en dolomiet. Daarnaast moet de sulfaatnorm én bij uitbreiding alle emissiegrenswaarden verduidelijkt worden, ook in het kader van drinkwaterwinning. Vlaanderen stelt immers dat de ontwerp-vergunning ‘moeilijk leest’. Verder vraagt ze ook duidelijkheid over de toepassing van de best beschikbare zuiveringstechnieken. Het valt af te wachten hoe het Waterschap omgaat met de voorwaarden.
Ook andere engagementen nakomen
Toch is de kous nog niet helemaal af. Het Nederlandse ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zou het initiatief nemen om verder overleg over de basisvergunning van de site in te plannen. Er heeft echter nog geen bijeenkomst plaatsgevonden. Minister Brouns heeft zijn administratie dan ook gevraagd om contact op te nemen met het Waterschap Limburg en zo snel mogelijk werk te maken van dit geplande overlegmoment om met volledige kennis van zaken de situatie te beoordelen.
“Het is goed dat minister Brouns dit dossier nu ook naar zich toetrekt en de nodige stappen zet om de inwoners van de Maasgemeenten gerust te kunnen stellen en tegelijk te bewaken dat ons leefmilieu en onze gezondheid door de lozingen van Chemelot niet in gedrang zijn. De adviesvraag van de Nederlanders is een eerste goede stap, maar ook de gevraagde verduidelijkingen, voorwaarden en alle andere engagementen moeten nagekomen worden”, besluit Pieters.