
Vlaams Parlementslid

2,4% van asbestattesten waarschuwt kopers voor asbest in pleisterwerk
Sinds de invoering van het asbestattest werd in een kleine 4.000 asbestattesten of 2,4% gewaarschuwd voor de aanwezigheid van asbest in pleisterwerk. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams volksvertegenwoordiger Andy Pieters verkreeg bij bevoegd minister Jo Brouns. Het gaat volgens experten vooral over pleisterwerk aangebracht tussen de jaren 1960 en 1980. In het kader van haar toezicht op de erkenning van certificatie-instellingen controleert OVAM op dit moment steekproefsgewijs de juiste opvolging van de klachten. OVAM streeft ernaar dit op te trekken naar 100%, meldt de minister. “Een goede zaak”, reageert Pieters. “De burger moet erop kunnen vertrouwen dat de afgeleverde asbestattesten correct zijn en het is aan de overheid om op te treden tegen stielbedervers die hun werk niet goed doen”.
Sinds 23 november 2022 is een asbestattest verplicht bij de verkoop van gebouwen van vóór 2001. Dat attest moet eigenaars en kopers informeren over de aanwezigheid van asbest en de risico’s die daaraan verbonden zijn. De correcte opmaak van deze attesten is cruciaal om een veilig en asbestvrij Vlaanderen te garanderen.
Sinds de invoering van de verplichting nu 2 jaar geleden, zijn er bijna 300.000 attesten opgemaakt. 41% van deze asbestattesten geeft aan dat er geen asbest is gevonden. Bij de overige attesten, ongeveer 6 op de 10, is minstens 1 asbesttoepassing aangetroffen. 60% van de onderzochte gebouwen is asbestveilig, waarvan 19% toch asbest bevat maar zonder risico voor de gezondheid of het leefmilieu als het veilig wordt beheerd.
Een onderbelichte toepassing waar asbest in gevonden wordt is pleisterwerk. Wanneer je een bruine laag in je pleisterwerk of stucwerk ziet, dan is de kans reëel dat er asbest in je stucwerk verwerkt is. Ook als de pleisterlaag aangebracht werd tussen de jaren 1960 en 1980 is de kans reëel dat het asbest bevat. “In 2,4% van de opgemaakte asbestattesten wordt pleisterwerk vastgesteld”, meldt bevoegd minister Jo Brouns in een schriftelijk antwoord aan Vlaams parlementslid Andy Pieters. Dat gaat dus om een kleine 4.000 vaststellingen waarin de kopers gewaarschuwd werden voor dit risico vooraleer ze overgingen tot de aankoop van de woning.
Burgers hebben de mogelijkheid om klachten over de opmaak van hun asbestattest te melden en een correcte opvolging te krijgen. De erkende certificatie-instelling waarbij de betrokken asbestdeskundige is aangesloten, is verplicht de klacht te onderzoeken. “In het kader van haar toezicht op de erkenning van certificatie-instellingen controleert OVAM steekproefsgewijs de juiste opvolging van de klachten. OVAM streeft ernaar dit op te trekken naar 100%”, meldt Brouns nog. In 2024 werd na 7.347 controles de erkenning ingetrokken van 83 deskundigen, waarvan 17 bedrijven. In hetzelfde jaar werden 85 deskundigen, waaronder 51 bedrijven, geschorst.
Pieters roept Brouns op die 100% controle zo snel mogelijk te realiseren en de handhaving tegen asbestdeskundigen die hun werk niet goed doen aan te houden en zo mogelijk verder te versterken. “Een foutief asbestattest is niet alleen voor koper of verkoper een financieel probleem, het kan ook gevolgen hebben voor de gezondheid van mensen als we ze niet correct informeren over het aanwezige asbest en hoe ze ermee om moeten gaan. De burger moet erop kunnen vertrouwen dat de afgeleverde asbestattesten correct zijn en het is aan de overheid om op te treden tegen stielbedervers die hun werk niet goed doen”, besluit Pieters.
Burgers kunnen met bedenkingen over de werkzaamheden van hun asbestdeskundige steeds terecht bij het meldpunt van de OVAM.
