
Vlaams Parlementslid

OVAM houdt juridisch team met ‘diepgaande expertise’ aan in procedure tegen Eternit/Etex
In de verdere juridische procedure tegen asbestproducent Eternit en moederholding Etex blijft de OVAM een beroep doen op het juridisch team dat door voormalig Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir werd aangesteld. “Aangezien deze advocaten al een diepgaande expertise in het dossier hebben opgebouwd en zij het dossier steeds grondig en stipt opvolgen, blijft de OVAM beroep op hen doen”, klinkt het in een schriftelijk antwoord aan Vlaams volksvertegenwoordiger Andy Pieters (N-VA). Volgende week dinsdag wordt onder meer Laurent Maroy, afgevaardigd bestuurder van Eternit en Country Manager BENELUX ETEX Exteriors, verwacht voor een hoorzitting in het Vlaams Parlement naar aanleiding van een conceptnota van N-VA waarin gepleit wordt voor een decretale vergoedingsplicht voor asbestproducenten en hun rechtsopvolgers.
Pieters zet in het Vlaams Parlement een strijd verder die hij eerder als kabinetschef van voormalig Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir mee opstartte. Die stelde onder meer Eternit in gebreke en startte onderhandelingen op met oog op het bekomen van bijkomende financiële middelen om het asbestafbouwbeleid te financieren. Door de verkiezingen werden de onderhandelingen opgeschort. Pieters vroeg in het Vlaams parlement herhaaldelijk naar de intenties van opvolger Jo Brouns over de procedure tegen Eternit. Die gaf echter herhaaldelijk enkele ontwijkende antwoorden. Daarom besloot hij in december de zaak niet op zijn beloop te laten en zelf een parlementair initiatief te nemen. Pieters beoogt de invoering van een decretale vergoedingsplicht voor de voormalige asbestproducenten, de strafbaarstelling van het niet-naleven ervan én wil dat Brouns de opgeschorte onderhandelingen met Eternit ten volle reactiveert.
“Een schoon en gezond leefmilieu begint bij het voorkomen van vervuiling, met als sluitstuk het principe dat de vervuiler betaalt. De vertaling van dit adagium op het vlak van de vervuiling veroorzaakt door asbestproducenten ontbreekt tot op heden, wat ervoor zorgt dat asbestproducenten zich almachtig wanen ten aanzien van het Vlaams gewest, in casu de Vlaamse belastingbetaler. Daar willen we verandering in brengen”, klinkt het bij Pieters.
Uit een vonnis van de Nederlandstalige Rechtbank van Eerste Aanleg Brussel van 27 november 2023 kan worden geconcludeerd dat Eternit een opzettelijke fout beging bij het ontplooien van haar activiteiten, wat een blootstelling aan de schadelijke gevolgen van asbest impliceerde. De rechtbank haalt in haar vonnis aan dat er binnen de wetenschappelijke wereld reeds medio de jaren 1960 consensus bestond over de gezondheidsgevaren van asbest en dat Eternit dus niet kan beweren dat zij hiervan niet op de hoogte was, wat het al die tijd volhield tot 1997.
Relatie tussen fout en schade
Decretale vergoedingsplichten an sich zijn niet nieuw. Zo rusten er dergelijke plichten ten aanzien van netbeheerders wanneer ze schade veroorzaken, ten aanzien van vergunningverleners als ze afgeleverde vergunningen in moeten trekken of ten aanzien van lokale besturen wanneer ze gronden onbebouwbaar verklaren. Het vonnis van 2023 is echter cruciaal om een relatie tussen fout en schade aan te tonen, wat nodig is voor de invoering van de decretale vergoedingsplicht. Pieters verwijst in zijn conceptnota ook naar de bestuurders van de ondernemingen, die “verantwoordelijk zijn erop toe te zien dat de milieuzorgplicht van de onderneming wordt gerespecteerd”.
Pieters denkt steun te vinden voor het initiatief, maar roept tegelijk bevoegd minister Brouns op de opgestarte procedure tegen Eternit niet blauwblauw te laten. “In tussentijd is het aangewezen dat de bevoegde minister de opgeschorte onderhandelingen met asbestproducenten ten volle reactiveert met het oog op een bijkomende bijdrage voor de kosten van het asbestafbouwbeleid. Een driemaandelijkse voortgangsrapportage aan de bevoegde commissie van het Vlaams Parlement lijkt hierbij raadzaam, desgewenst in besloten zitting indien nodig”, klinkt het in de conceptnota.
Diepgaande expertise
Voor die verdere procedure heeft de OVAM alvast in een schriftelijk antwoord aan Pieters laten weten een juridisch team in stelling te hebben die ‘al een diepgaande expertise in het dossier hebben opgebouwd’. Het gaat om het juridisch team dat onder toenmalig Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir werd samengesteld. De OVAM blijft beroep doen op hetzelfde team. “Wanneer er nood zou zijn aan bijkomende juridische ondersteuning omdat er zich wendingen in het dossier voordoen waardoor bijkomende ervaring en expertise noodzakelijk is, zal de OVAM op dat moment bekijken of er nog andere juridische dienstverleners dienen aangesteld te worden”, klinkt het bij de OVAM.
Op dinsdag 18 maart zullen niet alleen experten, maar ook asbestproducenten Eternit/Etex en SVK voor tekst en uitleg verwacht worden in de Commissie voor Leefmilieu voor een hoorzitting.
