Vlaams Parlementslid
Kruimelpad
Asbest: Vlaams parlement bespreekt komende weken decretale vergoedingsplicht voor voormalige asbestproducenten
Vandaag komt in de pers hoeveel asbest nog aanwezig is in de Vlaamse schoolgebouwen. Vlaams minister van Onderwijs Zuhal Demir trekt daarvoor budgetten omhoog. Vlak voor de kerstvakantie diende Vlaams parlementslid Andy Pieters (N-VA) in het Vlaams parlement nog een conceptnota neer waarmee hij de strijd om centen van de (rechtsopvolgers van) asbestproducenten verhoogt om zo de opkuis in Vlaanderen te financieren. Pieters beoogt de invoering van een decretale vergoedingsplicht voor de voormalige asbestproducenten, de strafbaarstelling van het niet-naleven ervan én wil dat bevoegd minister Brouns in afwachting daarvan de opgeschorte onderhandelingen met Eternit reactiveert. De Conceptnota gaat de komende weken in behandeling. “De asbestvervuilers kan ik niet anders dan beschouwen als georganiseerde misdaad tegen onze gezondheid. Ik reik de hand naar alle partijen in het Vlaams Parlement om samen onze verantwoordelijkheid te nemen”, klinkt het bij Pieters.
Naast de gezondheidsschade, is immers asbest nog wijdverspreid in Vlaanderen. Dat blijkt vandaag nog eens op de voorpagina van Het Laatste Nieuws. De kosten voor het asbestafbouwbeleid lopen daardoor hoog op, terwijl de voormalige asbestproducenten en hun rechtsopvolgers de dans ontspringen. De vervuiler moet thans betalen, meent Pieters. Daarom voegt hij de daad bij het woord.
Met de conceptnota zoekt Pieters politieke steun voor de introductie van een decretale vergoedingsplicht voor asbestproducenten als dekking van de kosten van het asbestafbouwbeleid in Vlaanderen. Daarnaast wil de niet-naleving ervan ook decretaal strafbaar stellen zodat asbestproducenten die niet betalen ook vervolgd kunnen worden. Dat geldt desgevallend ook voor hun bestuurders.
Opgeschorte onderhandelingen Eternit
Pieters zet daarmee een strijd verder die hij eerder als kabinetschef van voormalig Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir opstartte. Die stelde onder meer Eternit in gebreke en startte onderhandelingen op met oog op het bekomen van bijkomende financiële middelen om het asbestafbouwbeleid te financieren. Door de verkiezingen werden de onderhandelingen opgeschort. Pieters vroeg in het Vlaams parlement herhaaldelijk naar de intenties van opvolger Jo Brouns over de procedure tegen Eternit. Die gaf echter herhaaldelijk enkele ontwijkende antwoorden. Daarom besloot hij de zaak niet op zijn beloop te laten en zelf een parlementair initiatief te nemen. Hij zoekt daarvoor steun in het halfrond.
“Een schoon en gezond leefmilieu begint bij het voorkomen van vervuiling, met als sluitstuk het principe dat de vervuiler betaalt. De vertaling van dit adagium op het vlak van de vervuiling veroorzaakt door asbestproducenten ontbreekt tot op heden, wat ervoor zorgt dat asbestproducenten zich almachtig wanen ten aanzien van het Vlaams gewest, in casu de Vlaamse belastingbetaler. Daar willen we verandering in brengen”, klinkt het bij Pieters.
Uit een vonnis van de Nederlandstalige Rechtbank van Eerste Aanleg Brussel van 27 november 2023 kan worden geconcludeerd dat Eternit een opzettelijke fout beging bij het ontplooien van haar activiteiten, wat een blootstelling aan de schadelijke gevolgen van asbest impliceerde. De rechtbank haalt in haar vonnis aan dat er binnen de wetenschappelijke wereld reeds medio de jaren 1960 consensus bestond over de gezondheidsgevaren van asbest en dat Eternit dus niet kan beweren dat zij hiervan niet op de hoogte was, wat het al die tijd volhield tot 1997.
Relatie tussen fout en schade
Decretale vergoedingsplichten an sich zijn niet nieuw. Zo rusten er dergelijke plichten ten aanzien van netbeheerders wanneer ze schade veroorzaken, ten aanzien van vergunningverleners als ze afgeleverde vergunningen in moeten trekken of ten aanzien van lokale besturen wanneer ze gronden onbebouwbaar verklaren. Het vonnis van 2023 is echter cruciaal om een relatie tussen fout en schade aan te tonen, wat nodig is voor de invoering van de decretale vergoedingsplicht. Pieters verwijst in zijn conceptnota ook naar de bestuurders van de ondernemingen, die “verantwoordelijk zijn er op toe te zien dat de milieuzorgplicht van de onderneming wordt gerespecteerd”.
Pieters denkt steun te vinden voor het initiatief, maar roept tegelijk bevoegd minister Brouns op de opgestarte procedure tegen Eternit niet blauwblauw te laten. “In tussentijd is het aangewezen dat de bevoegde minister de opgeschorte onderhandelingen met asbestproducenten reactiveert met het oog op een bijkomende bijdrage voor de kosten van het asbestafbouwbeleid. Een driemaandelijkse voortgangsrapportage aan de bevoegde commissie van het Vlaams Parlement lijkt hierbij raadzaam, desgewenst in besloten zitting indien nodig”, klinkt het in de conceptnota.
De conceptnota werd in de maand december door Pieters ingediend. Hij ontving intussen een taaladvies van de diensten van het Vlaams parlement, waardoor het dossier de komende weken in behandeling kan.
Volg het dossier via: https://www.vlaamsparlement.be/nl/parlementaire-documenten/parlementaire-initiatieven/1848345